Uw hond...
... onze zorg!

Belangrijke ziekten bij de hond

Hieronder bespreken we de belangrijkste ziekten die voorkomen bij de hond.

  • Hondenziekte/ Ziekte van Carré/ Canine Distemper Virus
  • Parvovirose
  • Hepatitis Contagiosa Canis/ Besmettelijke leverziekte
  • Leptospirosis/ Ziekte van Weil
  • Kennelhoest
  • Canine herpesvirus
  • Rabiës

Hondenziekte/ Ziekte van Carré/ Canine Distemper Virus

Deze virale ziekte is uiterst besmettelijk en kan dieren van alle leeftijden aantasten. Verspreiding gebeurt via speeksel, urine en ontlasting.
De symptomen zijn zeer divers wat de diagnose soms kan bemoeilijken. Zo zien we vaak één of meerdere van de volgende ziektebeelden optreden: koorts, verminderde eetlust, depressie, neus- en oogvloei, hoesten, braken en diarree. Sommige dieren ontwikkelen na verloop van tijd ook neurologische symptomen met eventueel voorkomen van aanvallen, tics, gedragsproblemen, in cirkels lopen e.a. Bij sommige honden zien we ook gezwollen, harde voetzooltjes.
Hondenziekte kan resulteren in sterfte van het dier.
Het virus sluimert 10-14 dagen na infectie waardoor het kan dat de hond al besmet is op het moment dat hij gevaccineerd wordt. De vaccinatie kan dan niet meer voorkomen dat uw dier ziek wordt.
In Nobivac DHP staat de D voor distemper.

Parvovirose

Het virus wordt oraal opgenomen en blijft 7-10 dagen symptoomloos. Verspreiding gebeurt via ontlasting.
Na deze symptoomloze fase kunnen volgende symptomen optreden: braken, bloederige diarree, speekselen, anorexie, apathie, koorts, dehydratatie, bleke slijmvliezen, shock en sterfte.
De ziekte treedt meestal op bij dieren jonger dan 1 jaar. De meeste volwassen dieren die besmet geraken vertonen nauwelijks symptomen. We kunnen een zieke pup symptomatisch behandelen maar de prognose is steeds gereserveerd.
In Nobivac DHP staat de P voor Parvovirose.

Hepatitis Contagiosa Canis/ Besmettelijke leverziekte

Virale hepatitis wordt veroorzaakt door het canine adenovirus type 1. Verspreiding gebeurt vooral via urine, ontlasting en speeksel. Honden die hersteld zijn van de ziekte kunnen het virus nog een half jaar uitscheiden.
Bij sommige honden zien we alleen wat opgezette lymfeknopen en een lichte koorts en wat diarree.
Jonge pups kunnen plots buikpijn ontwikkelen en kunnen enkele uren al overlijden, zelfs met behandeling. De meeste pups met een betrouwbare afkomst worden via de gevaccineerde moeder al tijdelijk beschermd.
In de meeste gevallen zien we eerst een hond die apathisch is en niet wil eten. Bij nader onderzoek zien we een hoge koorts, vergrote lymfeknopen , ontstoken amandelen en felrode slijmvliezen. Daarna gaat de hond maagdarmstoornissen ontwikkelen met braken en diarree tot gevolg. Ze worden gevoelig aan licht en oogonstekingen. Als we aan de buik voelen is de lever gevoelig en vergroot. De slijmvliezen worden geel en de hond loopt met een opgetrokken buik en bolle rug. Als de hond deze fase overleeft kan het nog weken duren alvorens hij weer helemaal gezond is.
Bij veel honden die de ziekte doormaken zien we dat de hond op een bepaald punt oedeem van het hoornvlies ontwikkeld. Het oog krijgt dan een melkachtig uitzicht, vandaar dan ook dat dit fenomeen melkglasoog heet. Het verschijnsel zal vanzelf weer verdwijnen. In zeldzame gevallen zien we dit ook voorbijgaand optreden na vaccinatie.
In Nobivac DHP staat de H voor Hepatitis.

Leptospirosis/ Ziekte van Weil

Leptospirose wordt veroorzaakt door een spiraalvormige bacterie die alle zoogdieren en dus ook mensen kan aantasten. Vooral mensen en honden zijn gevoelig voor de ziekte die deze bacterie kan veroorzaken.
Leptospiren kunnen via speeksel en urine overgedragen worden en dringen via wondjes of intacte huid binnen. Dit kan rechtstreeks maar ook onrechtstreeks via besmet aarde of besmet water.
Via de bloedbaan raken allerlei organen aangetast maar vooral de nieren zijn gevoelig. Door infectie van de nieren kan ook uw dier grote hoeveelheden bacteriën uitscheiden die dan weer een volgend dier kunnen gaan besmetten.
De symptomen zijn weinig specifiek en diagnose is niet altijd makkelijk. We zien vaak dat de dieren hun eetlust verliezen en suf worden. Vaak ontwikkelen ze maagdarmstoornissen met braken en diarree tot gevolg. Als de lever aangetast wordt zien we geelzucht. Mogelijks ontwikkeld uw dier ook koorts, neurologische afwijkingen en slijmvliesbeschadigingen. Uw dier kan overlijden aan deze ziekte, zelfs als hij behandeld wordt.
De beste preventie is jaarlijkse vaccinatie. Best vermijd u contact met ratten of kadavers ervan. Het is ook aangeraden om uw hond niet van stilstaand water te laten drinken of om hem erin te laten zwemmen.
Nobivac L4 beschermt tegen de 4 meest voorkomende Leptosirose stammen.

Kennelhoest

Deze ziekte is vergelijkbaar met een verkoudheid bij ons. De betrokken ziekteverwekkers zijn Adenovirus, Parainfluenzavirus en Bordetella bronchiseptica bacteriën.
Sommige dieren gaan echt hoesten tot ze er zelfs van gaan kokhalzen of overgeven. Andere hebben alleen een loopneus en eventueel een oogontsteking. Meestal maar niet altijd zien we geen koorts optreden en blijven de honden normaal eten en drinken. Zeer zelden zien we ook een longontsteking bij aangetaste dieren.
Er bestaan twee types inenting tegen kennelhoest. Er is een onderhuidse inenting beschikbaar die in onze praktijk niet routinematig gebruikt wordt. Wij opteren voor de neusdruppels omdat deze sneller werkt en de ziekteverwekkers aanpakt vanaf dat ze in de neus van de hond binnenkomen.
Een hond kan na inenting wel geïnfecteerd worden maar voorkomt dat hij erg ziek wordt.
Besmetting gebeurd door contact met een aangetaste hond. 3-10 dagen na besmetting kan een hond kennelhoest verschijnselen krijgen.
In Nobivac KC staat de KC voor Kennel Cough en in Nobivac BbPi staat de Bb voor Bordetella bronchiseptica en de Pi voor Parainfluenza.

Canine herpesvirus

Als men wenst te fokken met een teefje kan men overwegen om tegen het canine herpesvirus te enten. Dit virus kan verantwoordelijk zijn voor het niet drachtig worden van teefjes, het dood geboren worden van pups en het sterven van pups kort na de geboorte. Er kunnen ook blaasachtige letsels voorkomen op de slijmvliezen. Canine Herpes kan ook een rol spelen in het kennelhoest syndroom.
Direct contact met andere honden zijn de belangrijkste besmettingsroute. Speeksel, neusvloei, vaginale uitvloei en sperma kunnen het virus makkelijk overdragen van de ene hond op de andere. Net zoals bij mensen blijft de hond vaak levenslang besmet met opflakkeringen van virusuitscheiding tijdens een periode van stress of verminderde weerstand.
Door enting zien we in geïnfecteerde kennels het aantal succesvol drachtige teven stijgen. Er worden minder pups doodgeboren en we zien minder puppysterfte na de geboorte. De afweer van de teef wordt verbeterd door de enting en deze afweer wordt doorgegeven aan de pups via de melk.
We enten de teef een eerste maal tot maximaal 10 dagen na dekking. De tweede vaccinatie wordt gegeven 1 à 2 weken voor het werpen.
We hebben dit vaccin niet in stock dus op voorhand bestellen in noodzakelijk.

Rabiës

Hondsdolheid heeft altijd een fatale afloop als er eenmaal symptomen opduiken. Deze wereldwijd voorkomende ziekte kan overgedragen worden op mensen. Meestal gebeurt infectie via speeksel en dan meestal door een beet door een besmet wild dier. Benader nooit agressieve of net zeer tamme wilde dieren.
Na besmetting kan het één tot enkele weken duren alvorens de symptomen tevoorschijnen komen. We zien gedragsveranderingen en agressiviteit. Speekselvloei en moeilijk slikken alsook paralyse die begint bij de achterhand. Nadat de symptomen de kop opsteken volgt de dood meestal binnen de week.
Preventie is de belangrijkste stap in de bestrijding van deze ziekte. Behandeling is alleen mogelijk als het contact met het geïnfecteerde dier pas heeft plaatsgevonden. Als de symptomen eenmaal de kop opsteken kan geen enkele behandeling hulp bieden.
Een definitieve diagnose kan alleen gesteld worden na histopathologisch onderzoek op hersenweefsel.
Zoals eerder aangehaald is vaccinatie enkel verplicht als u de grens overgaat. Er moet dan 21 dagen op voorhand geënt worden en deze vaccinatie is dan 3 jaar geldig binnen de EU.